• for·vansk·ning
  • Afleiding van het Deense werkwoord forvanske met het voorvoegsel for- en met het achtervoegsel -ning
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   forvanskning     forvanskningen     forvanskninger     forvanskningerne  
genitief   forvansknings     forvanskningens     forvanskninges     forvanskningernes  

forvanskning, g

  1. verbastering, vervorming
  • forvanskning af sportsresultater
verbastering van sportresultaten