fluitiste
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- flui·tis·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fluitiste | fluitistes |
verkleinwoord | fluitistetje | fluitistetjes |
Zelfstandig naamwoord
de fluitiste v
- (beroep) Een fluitspeelster
- Caroline Ansink (Amsterdam, 8 augustus 1959) is een Nederlands componiste en fluitiste.
Gangbaarheid
- Het woord fluitiste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "fluitiste" herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be