• floor·show
  • uit het Engels[1]
enkelvoud meervoud
naamwoord floorshow floorshows
verkleinwoord

de floorshowm

  1. (seksualiteit) stripteaseshow
     De Tsjechische Petr en Denisa hebben elkaar op een pornoset ontmoet en daar was het liefde op het eerste gezicht! Sindsdien hebben de twee zelfs een relatie. Tegenwoordig geven ze samen floorshows op de Amsterdamse wallen.[2]
65 % van de Nederlanders;
63 % van de Vlamingen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Koppel wordt verliefd op pornoset” (27 feb. 2017), De Telegraaf
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be