flansten ineen
- flans·ten in·een
vervoeging van |
---|
ineenflansen |
flansten (...) ineen
- meervoud verleden tijd van ineenflansen
- Wij flansten ineen.
- Jullie flansten ineen.
- Zij flansten ineen.
- Wij flansten ineen.
- Het woord flansten ineen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.