fanatica
- fa·na·ti·ca
- afleiding van fanaticus
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fanatica | fanatica's |
verkleinwoord |
de fanatica v
- vrouw die een te vurig ijveraar voor een ideaal is
- Het woord 'fanatica' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.