Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • eu·ro·ze·loot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eurozeloot eurozeloten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

eurozeloot

  1. (politiek) iemand die het belang van Europa als geheel belangrijker vindt dan dat van het eigen land

Gangbaarheid

Verwijzingen