• er·op aan·ko·men
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
erop aankomen
kwam erop aan
erop aangekomen
klasse 4 volledig

erop aankomen

  1. beslissend zijn, van belang zijn
    • Voor mij zal het erop aankomen om zo veel mogelijk tijd te winnen in een van de drie bergetappes. 
  1.   Weblink bron “Combinaties met er: loze voornaamwoordelijke bijwoorden (algemeen)” op taaladvies.net