• efe·dri·ne
  • In de betekenis van ‘stimulerend alkaloïde’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1941 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord efedrine -
verkleinwoord - -

de efedrinev

  1. (medisch) een plantenextract afkomstig van de plant Ephedra distachya die stimulerend werkt en toegepast wordt in de behandeling van astma, hooikoorts, bronchitis en verkoudheid
    • Dit medicijn bevat het plantenextract "efedrine". 
44 % van de Nederlanders;
64 % van de Vlamingen.[2]