• duik in·een
vervoeging van
ineenduiken

duik ineen

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenduiken
    • Ik duik ineen. 
  2. gebiedende wijs van ineenduiken
    • Duik ineen! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenduiken
    • Duik je ineen?