Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • droog·weg
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van droog met het achtervoegsel -weg

Bijwoord

droogweg

  1. op een neutrale toon
    • Hij zei droogweg dat hij naar Amerika ging emigreren. 
Vertalingen

Gangbaarheid

58 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be