domkerken
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: domkerken (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdɔmkɛrkə(n) / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈdɔm.kɛr.kə(n)/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈdɔm.kɛr.kə(n)/
Woordafbreking
- dom·ker·ken
Zelfstandig naamwoord
de domkerken mv
Synoniemen
- [1] dommen
Verwante begrippen
- [1] doms