doleren
- do·le·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doleren |
doleerde |
gedoleerd |
zwak -d | volledig |
doleren [3]
- treuren ?
- zich beklagen
- Het woord doleren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "doleren" herkend door:
30 % | van de Nederlanders; |
28 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ doleren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be