Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • doet aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aandoen

doet (…) aan

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aandoen
    • Jij doet aan. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aandoen
    • Hij doet aan. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aandoen
    • Doet aan! 

Gangbaarheid