• dik aan
vervoeging van
aandikken

dik aan

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aandikken
    • Ik dik aan. 
  2. gebiedende wijs van aandikken
    • Dik aan! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aandikken
    • Dik je aan?