Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dijk in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
indijken

dijk (...) in

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van indijken
    • Ik dijk in. 
  2. gebiedende wijs van indijken
    • Dijk in! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van indijken
    • Dijk je in?