digniteit
- dig·ni·teit
- afgeleid van het Frans dignité met het achtervoegsel -iteit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | digniteit | digniteiten |
verkleinwoord | - | - |
de digniteit v
- hoedanigheid van waardig te zijn
- Het woord digniteit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "digniteit" herkend door:
64 % | van de Nederlanders; |
76 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be