dichtslibben
- dicht·slib·ben
- samenstelling van dicht en slibben
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
dichtslibben |
slibde dicht |
dichtgeslibd |
zwak -d | volledig |
dichtslibben
- ergatief afgesloten raken door opeenhoping van afgezet slib
- Zonder baggeren zou deze haven snel dichtgeslibd raken.
- Het woord dichtslibben staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "dichtslibben" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be