dendrochronoloog
- den·dro·chro·no·loog
- afgeleid van dendrochronologie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dendrochronoloog | dendrochronologen |
verkleinwoord | - | - |
de dendrochronoloog m
- (beroep) iemand van het mannelijk geslacht die zich bezighoudt met de studie van jaarringen in het hout van bomen of andere natuurproducten zoals schelpen
- De dendrochronoloog is een gewilde medewerker van vele archeologische opgravingen.
- Het woord 'dendrochronoloog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.