• de·ca·fe·i·né
  • uit het Frans
enkelvoud meervoud
naamwoord decafeïné
verkleinwoord

de decafeïnév / m

  1. koffie zonder cafeïne
53 % van de Nederlanders;
74 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be