het spelen van darts
  • dar·ten

darten

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
darten
dartte
gedart
zwak -t volledig
  1. darts spelen een sport die gespeeld wordt met drie darts (pijltjes) en een dartbord
    • Rond zijn elfde begon hij met darten. Jarenlang werd hij gepest vanwege zijn gewicht; op zijn vijftiende woog hij ruim 130 kilo en zat hij zelfs nog enkele maanden in een kliniek. Zijn doorbraak was in 2006, ook het jaar dat Nieuwlaat hem voor het eerst van nabij zag spelen.[2] 
    • Phil ‘The Power’ Taylor (57) begon met darten in een tijd dat er bij hem thuis nog geen televisie stond. Wel hing er een dartbord. Op jonge leeftijd dartte hij weleens met zijn vaders pubteam – en won vaak van de veel oudere mannen – maar pas toen hij eind twintig was, werd het serieuzer.[3] 
99 % van de Nederlanders;
75 % van de Vlamingen.[4]