Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • daag·den op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opdagen

daagden (…) op

  1. meervoud verleden tijd van opdagen
    • Wij daagden op. 
    • Jullie daagden op. 
    • Zij daagden op. 

Gangbaarheid