• cy·ber·chon·der
enkelvoud meervoud
naamwoord cyberchonder cyberchonders
verkleinwoord

de cyberchonderm

  1. hypochonder die ziektebeelden zoekt op het internet
     Het Internet is beter in het bedenken van modewoorden dan van haalbare bedrijfsmodellen. In de wereld van de gezondheidszorg via het Internet is het nieuwste woord cyberchonder . Dat staat voor het legertje hypochonders die op het web surfen op zoek naar een ziekte.[1]
  1.   Weblink bron
    David Pilling
    “FT. Gezondheid via het Internet” (22/06/2000), De Standaard