correspondentschap
- cor·res·pon·dent·schap
- afleiding van correspondent met het achtervoegsel -schap
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | correspondentschap | correspondentschappen |
verkleinwoord |
het correspondentschap o
- het correspondent zijn
- de aanstelling als correspondent
- ▸ Later kreeg hij een relatie met schrijfster Hannah van Wieringen, voor hem reden om geen nieuw correspondentschap aan te gaan. Hij kon namens de NOS naar China of Rusland, maar ging samenwonen in Amsterdam.[1]
- Het woord correspondentschap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Leon van Wijk“Janine Abbring smoorverliefd op presentator Nieuwsuur Jeroen Wollaars” (08-04-2022), Tubantia