Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • co·pro·mo·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord copromotor copromotors
copromotoren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de copromotorm

  1. tweede promotor bij een academische promotie
     De promotor die Soroush begeleidde, Ruben Gowricharn, mag van Tilburg University in de toekomst geen promoties meer begeleiden; hij verliest zijn promotierecht. Copromotor Jan Jaap de Ruiter krijgt een formele berisping.[2]
     De kans dat autochtone kinderen zonder diploma van de middelbare school komen, stijgt van 3,6 procent naar 8 procent als er meer dan 77,7 procent allochtone leerlingen op hun basisschool zitten. Dat komt niet door de kwaliteit van het onderwijs, blijkt uit analyses van promovenda Cheng Boon Ong, maar door de samenstelling van de klassen. 'De dynamiek op zo'n school, de manier waarop kinderen met elkaar omgaan heeft dat effect,' stelt copromotor Kristof de Witte.[3]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. copromotor op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron “Commissie oordeelt: fouten in omstreden proefschrift over salafisme” (Woensdag 27 februari 2019, 14:42), NOS
  3.   Weblink bron “Autochtonen op zwarte Amsterdamse basisscholen vaker geen diploma” (10 november 2014, 12:05), Het Parool