• con·ve·nienc·es
  • Afkomstig van het Latijnse werkwoord convenire (con + venire).
  • Engels zelfstandig naamwoord in het meervoud met het voorvoegsel con-.
enkelvoud meervoud
- conveniences

conveniences mv

  1. comfort
  2. gemakken
  3. gerief
  • flat with all modern conveniences
een comfortabele woning
  • modern conveniences
moderne inrichtingen
comfortabele inrichtingen
  • public conveniences (VK)
openbare toiletten
waterplaatsen
  • with all modern conveniences
met alle moderne gemakken
  • with updated conveniences
gemoderniseerd

conveniences mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord convenience