contractiliteit

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  contractiliteit    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• con·trac·ti·li·teit

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van contractie met het achtervoegsel -iteit

Zelfstandig naamwoord

de contractiliteit v

1. (medisch) vermogen zich te kunnen samentrekken, samentrekbaarheid

Vertalingen

    1. vermogen zich te kunnen samentrekken   

Engels: contractility (en)

Spaans: contractilidad (es) v

Gangbaarheid

• Het woord 'contractiliteit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.