communicerende

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  communicerende    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• com·mu·ni·ce·ren·de

Werkwoord

vervoeging van:	communiceren
verbogen vorm:	communicerendee

communicerende

1. verbogen vorm van communicerend, het onvoltooid deelwoord van communiceren

Bijvoeglijk naamwoord

communicerende

1. verbogen vorm van de stellende trap van communicerend

Gangbaarheid

• Het woord communicerende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.