Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • co·de·ci·sie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord codecisie
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de codecisiev

  1. (politiek) het recht om samen met anderen ergens over te beslissen
     Voorts dringen zij erop aan de bevoegdheden van het Europees Parlement uit te breiden, in die zin dat het straks op nog meer terreinen dan tot nu toe over medebeslissingsrecht (codecisie) beschikt.[2]
     Na twee dagen cursus kan ik dat beamen. Zo was er een ambtenaar die het clubje journalisten met een charmant Frans accent kwam uitleggen dat het Europees Parlement best belangrijk is. Het beschikt namelijk tegenwoordig over codecisie.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

25 % van de Nederlanders;
34 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. codecisie op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron “Botsing binnen EU over machtsvraag” (06-12-2002), Reformatorisch Dagblad
  3.   Weblink bron “Europees Parlement voor beginners” (5 mei 2009), de Volkskrant
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be