clarifiëren
- Geluid: clarifiëren (hulp, bestand)
- cla·ri·fië·ren of cla·ri·fi·eren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
clarifiëren |
clarifieerde |
geclarifieerd |
zwak -d | volledig |
clarifiëren
1.
- Het woord clarifiëren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.