cirkelt rond
- cir·kelt rond
vervoeging van |
---|
rondcirkelen |
cirkelt (...) rond
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rondcirkelen
- Jij cirkelt rond.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rondcirkelen
- Hij cirkelt rond.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van rondcirkelen
- Cirkelt rond!
- Het woord cirkelt rond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.