chromatograaf
- chro·ma·to·graaf
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chromatograaf | chromatografen |
verkleinwoord | - | - |
de chromatograaf m
- toestel dat mengsels scheidt d.m.v. chromatografie
- Het woord 'chromatograaf' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.