christusachtiger
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: christusachtiger (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkrɪstʏsˌɑxtəɣər / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- chris·tus·ach·ti·ger
Woordherkomst en -opbouw
- christusachtig met het achtervoegsel -er
Bijvoeglijk naamwoord
christusachtiger
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van christusachtig
Gangbaarheid
- Het woord christusachtiger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.