cardiotonisch
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- car·dio·to·nisch
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van cardiotonie met het achtervoegsel -isch
Bijvoeglijk naamwoord
cardiotonisch
- (medisch) wat de werkzaamheid (samentrekkingskracht) van het hart bevordert
Vertalingen
1. wat de werkzaamheid (samentrekkingskracht) van het hart bevordert
Gangbaarheid
- Het woord 'cardiotonisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.