burele
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bu·re·le
Zelfstandig naamwoord
burele
- datief onzijdig van bureel, archaïsche vorm die in enkele staande uitdrukkingen voorkomt
Uitdrukkingen en gezegden
- te zijnen burele (haren, mijnen etc.)
- ten burele van