builderen
- buil·de·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
builderen |
builderde |
gebuilderd |
zwak -d | volledig |
builderen
- onovergankelijk (sport) het beklimmen van hoge gebouwen, kunstwerken of andere objecten als sportbeoefening
- Het woord builderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.