buikdansten
- Geluid: buikdansten (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbœyɡdɑnstə(n) / (3 lettergrepen)
- buik·dans·ten
- buikdanste met de uitgang -n
vervoeging van |
---|
buikdansen |
buikdansten
- meervoud verleden tijd van buikdansen
- Wij buikdansten.
- Jullie buikdansten.
- Zij buikdansten.
- Mijn vriendinnen waren blanke meiden, door mijn moeder liefkozend haar blonde dochters genoemd. Tegelijkertijd buikdansten we op zaterdag en aten we shoarma op zondag – ook in de tijd dat het gekruide reepjesvlees nog niet kant-en-klaar in de schappen van de supermarkt lag. [1]
- Wij buikdansten.
- Het woord 'buikdansten' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Samuel, M.Omarm het verschil op website De Groene Amsterdammer: groene.nl; geraadpleegd 2017-10-21