brun
brun
- brun in: Det Danske Sprog- og LitteraturselskabDen Dankse Ordbog op website:ordnet.dk
- brun
- Afkomstig van het Oudnoordse bijvoeglijke naamwoord brúnn
Naar frequentie | 5405 |
---|
stellend | vergrotend | overtreffend | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | brun | brunere | brunest |
o enkelvoud | brunt | |||
meervoud | brune | |||
bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
brune | brunere | bruneste |
brun
- (kleur) bruin
- «Hvordan lager jeg en god brun saus til min datter som har cøliaki.»
- Hoe maak ik een goede bruine saus voor mijn dochter die heeft coeliakie.
- «Hvordan lager jeg en god brun saus til min datter som har cøliaki.»
- være brun i huden
een bruine huid hebben
- brun saus
bruine saus
- brune øyne
bruine ogen
- brunt diktatur
nazi-dictatuur
- brunt hår
bruin haar
- brun
- Afkomstig van het Oudnoordse bijvoeglijke naamwoord brúnn
stellend | vergrotend | overtreffend | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | brun | brunare | brunast |
o enkelvoud | brunt | |||
meervoud | brune | |||
bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
brune | brunare | brunaste |
brun
- være brun i huden
een bruine huid hebben
- brun saus
bruine saus
- brune auga
bruine ogen
- brunt diktatur
nazi-dictatuur
- brunt hår
bruin haar
brun