Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • brei·den aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanbreien

breiden (…) aan

  1. meervoud verleden tijd van aanbreien
    • Wij breiden aan. 
    • Jullie breiden aan. 
    • Zij breiden aan. 

Gangbaarheid