Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • brei in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
inbreien

brei (...) in

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inbreien
    • Ik brei in. 
  2. gebiedende wijs van inbreien
    • Brei in! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inbreien
    • Brei je in? 

Gangbaarheid