• bo·ter·geil·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord botergeilheid -
verkleinwoord - -

de botergeilheidv

  1. (informeel) sterk wellustig gevoel
    • Van zelfzekere botergeilheid naar onzekerheid troef: het nummer beschreef op enkele seconden alle emoties van mijn aanstormende, puberale achtbaanrit. [1]