bonusbelasting
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bo·nus·be·las·ting
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bonus zn en belasting zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bonusbelasting | bonusbelastingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de bonusbelasting v
- belasting die wordt geheven over de bonus die medewerkers (van een bank) ontvangen
- ▸ President Obama heeft aangekondigd het mes te gaan zetten in de hoge bonussen van bankiers. Ook de Franse president Sarkozy, de Britse premier Brown en premier Balkenende denken na over een speciale bonusbelasting.[1]
- ▸ De schikking die Goldman Sachs vorige week met de toezichthouder SEC afsloot in verband met CDO-fraude haalde 550 miljoen dollar van de winst af. De Britse bonusbelasting was goed voor nog eens 600 miljoen dollar minder winst.[2]
Gangbaarheid
- Het woord bonusbelasting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Bonussen JP Morgan fors omhoog” (Vrijdag 15 januari 2010, 16:21), NOS
- ↑ Weblink bron “Resultaten: Goldman Sachs, IBM, Ryanair” (20/07/2010), De Standaard