blafferd
- blaf·ferd
- afleding van blaffen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blafferd | blafferds |
verkleinwoord |
de blafferd m
- register
- ▸ Blafferd (ook wel: Blaffert), De: Het haardsteden-register uit 1755; hierin staan opgetekend de namen van de eigenaren (en soms hun beroepen) van de panden in de stad met de huisgeld-bedragen waarvoor zij aangeslagen werden. Men leert hier in het algemeen niet de bewoners (dat zijn meestal huurders) uit kennen.[1]
- Het woord 'blafferd' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "blafferd" herkend door:
70 % | van de Nederlanders; |
49 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Weblink bron Archief Eemland“Blafferd (ook wel: Blaffert), De”, Archief Eemland
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be