binnenuit
- bin·nen·uit
- samenstelling van binnen en uit
binnenuit
- van ~: vanuit de binnenzijde
- Die nectarines waren al van binnenuit rot voordat ze rijp waren.
- Het woord 'binnenuit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "binnenuit" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be