betimmering
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: betimmering (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·tim·me·ring
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van betimmeren met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | betimmering | betimmeringen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de betimmering v
- de bekleding met houten panelen