• ben·lim
  • Samenstelling van de Noorse zelfstandige naamwoorden ben en lim
Naar frequentie > 50000
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   benlim     benlimet     benlim     benlima
benlimene  
genitief   benlims     benlimets     benlims     benlimas
benlimenes  

benlim o

  1. beenderlijm

benlim, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van benlim