• be·kos·ti·ging
enkelvoud meervoud
naamwoord bekostiging bekostigingen
verkleinwoord - -

de bekostigingv

  1. het bekostigen
    • Hogeschool Saxion is absoluut niet te spreken over het plan voor de herziening van de bekostiging van het hoger onderwijs in Nederland. Dat zegt bestuursvoorzitter Anka Mulder. Als die plannen doorgaan, gaat er jaarlijks 4 miljoen euro minder naar de hogeschool. „Dat kunnen wij niet accepteren, dit voorstel moet van tafel.” [2]