• ba·sis·sce·na·rio
enkelvoud meervoud
naamwoord basisscenario basisscenario's
verkleinwoord

het basisscenarioo

  1. een draaiboek waarop later nog wijzigingen en aanvullingen gemaakt kunnen worden
     Op basis van economische gegevens die nu beschikbaar zijn, zoals pintransacties, vluchten, en omzetten van winkels, schat ING dat in april en mei ongeveer een vijfde deel van de economie stilligt. Als de maatregelen om het virus terug te dringen tegen de zomer worden teruggeschroefd, zou je in een 'basisscenario' uitkomen op een krimp van 6 à 8 procent.[1]
     De economische ramingen zijn extreem onzeker, zegt het IMF. In het basisscenario verdwijnt de pandemie in de tweede helft van dit jaar en groeit de wereldeconomie in 2021 weer met gemiddeld 5,8 procent, geholpen door alle overheidssteun. Maar dat is niet zeker. Als de pandemie langer duurt, valt de schade veel hoger uit en krimpt de wereldeconomie in 2021 met nog eens 8 procent.[2]


  1.   Weblink bron “Ook ING voorziet voor dit jaar diepe recessie” (Dinsdag 7 april 2020, 18:12), NOS
  2.   Weblink bron “IMF: zware klap wereldeconomie door corona, in Nederland 7,5 procent krimp” (Dinsdag 14 april 2020, 15:49), NOS