Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bank·schan·daal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bankschandaal bankschandalen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het bankschandaalo

  1. een zaak die een bank in opspraak brengt en waar mensen schande van spreken
     Voor het bankschandaal is nog niemand verantwoordelijk gesteld, zegt de correspondent. "Ook is niet duidelijk of dat geld terugkomt en wat de schade wordt. De directeur van de centrale bank is wel op non-actief gesteld en in de gevangenis gezet, maar dat is omdat hij zichzelf verrijkt zou hebben in een andere zaak."[1]
     Vanochtend maakte de politie bekend dat een onbekend aantal fraudeverdachten is opgepakt. Het is nog niet duidelijk wat hun rol in het bankschandaal was, maar volgens een woordvoerder sluisden de banken het geld van spaarders weg door onderling valse leningen af te sluiten.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Duizenden Surinamers protesteren tegen Bouterse” (Maandag 17 februari 2020), NOS
  2.   Weblink bron “Bestuurders opgepakt na ongekende protesten om bankschandaal China” (Maandag 11 juli), NOS