balkonvloer
- Geluid: balkonvloer (hulp, bestand)
- bal·kon·vloer
- samenstelling van balkon zn en vloer zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | balkonvloer | balkonvloeren |
verkleinwoord | balkonvloertje | balkonvloertjes |
de balkonvloer m
- het horizontale deel van een balkon waarop men kan staan
- ▸ In 2011 stortte een galerijvloer in bij een flat in Leeuwarden. Naar aanleiding daarvan moeten de eigenaren van alle galerijflats in Nederland voor 1 juli onderzoek doen naar de veiligheid van de galerij- en balkonvloeren. Deze verplichting geldt alleen voor galerijflats, maar de meeste woningcorporaties hebben ook de balkons van andere flats uit de jaren 50 en 60 meegenomen.[1]
- ▸ De gebouwen zijn van woningbouwvereniging WonenBreburg. Tijdens een inspectie is onder meer gekeken naar de betonnen balkonvloeren. De steekproef toonde aan dat deze vloeren niet sterk genoeg zijn.[2]
- Het woord 'balkonvloer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Balkons Venlo al maanden afgesloten” (Donderdag 9 maart 2017, 12:13), NOS
- ↑ Weblink bron “Balkons van 160 flatwoningen in Breda blijken levensgevaarlijk” (Dinsdag 7 maart 2017, 21:46), NOS