• bad·rums·golv
  • Samenstelling van de Zweedse zelfstandige naamwoorden badrum en golv met het invoegsel -s-
Naar frequentie 102144
badrumsgolvs enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     badrumsgolv     badrumsgolvet     badrumsgolv     badrumsgolven  
  genitief     badrumsgolvs     badrumsgolvets     badrumsgolvs     badrumsgolvens  

badrumsgolv, o

  1. badkamervloer

badrumsgolv

  1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van badrumsgolv